h2 class="sidebar-title">Links muziekgek: januari 2010

muziekgek

Music is my first love, op deze weblog geef ik verslag van muzikale zaken waar ik mee bezig ben. Dat kan een internet adres zijn, een artiest of andere onderwerpen die met muziek te maken hebben.

donderdag, januari 28, 2010

Publiek komt juist voor ’t harde geluid


Ook in het uitgaansleven leidt harde muziek tot gehoorbeschadiging. Moet er een waarschuwing komen op concerttickets?

Door
SAUL VAN STAPELE
DEN HAAG, 28 jan.

Dj The Flexican (26) draagt voor en na zijn optredens oordoppen, maar nooit tijdens. „Dan moet ik de muziek horen zoals het publiek die hoort, om de impact te voelen.” De club-dj, tevens producer van rapgroep Flinke Namen, was naar eigen zeggen een van de eerste dj’s die zijn gehoor beschermde. Maar in het publiek ziet hij nog nauwelijks mensen met oordoppen.

En dat, terwijl het volume van de muziek in het uitgaanscircuit doorgaans een recept is voor gehoorbeschadiging. Ter vergelijking: in een fabriek waar 40 uur wordt gewerkt, mogen werknemers wettelijk blootstaan aan maximaal 80 decibel. Bij elke 3 decibel meer mag de werknemer nog maar de helft van de tijd met het geluid geconfronteerd worden. Poppodia, clubs en festivals hanteren een maximum van 105 decibel – volgens de Arbowet een niveau waarin een werknemer nog geen twee minuten mag werken.

De bovengrens van 105 decibel is een gevolg van zelfregulering in de podium- en clubsector en een tegemoetkoming aan de Arbeidsinspectie. „Ze houden zich er goed aan”, zegt Peter Iping (62), projectcoördinator van de Arbeidsinspectie op het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zijn dienst voerde in 2008 controles uit in het popcircuit en richtte zich daarna op discotheken. Iping: „Het personeel dat zich dicht bij de geluidsbronnen bevindt, beschermt de oren goed. Alleen werknemers in de horeca en in garderobes worden nog te vaak zonder bescherming aangetroffen.”

Waar voor personeel aanvullende regels gelden op het gebied van gehoorbescherming, wordt van het publiek verwacht dat het zelf een keuze maakt. Directeur Berend Schans van de Vereniging Nederlandse Poppodia en -Festivals (VNPF): „Mensen komen ook voor het geluidsniveau. ” Het is volgens hem geen oplossing de muziek zachter te zetten; bezoekers dienen zelf een goed geïnformeerde keuze te maken. „Over een logo op tickets waarop staat dat luisteren naar elektrisch versterkte muziek de kans op gehoorschade vergroot, wil ik best praten.”

De kans op gehoorschade kan worden verkleind zonder aan het artistieke product afbreuk te doen, meent geluidstechnicus Maarten van Dorp (25), die onder meer werkt bij de Vierdaagsefestiviteiten in Nijmegen en in 2006 aan de Hogeschool voor de Kunsten in Amsterdam afstudeerde met de scriptie ‘Genieten zonder gehoorschade’. „Ik ben degene die bij concerten het geluidsniveau controleert en dus de persoon die gehoorschade veroorzaakt. Nou ja, in wisselwerking met de band.”

In die wisselwerking zit volgens Van Dorp de oplossing. Door niet de muziek elk nummer een beetje harder te zetten, zoals artiesten graag willen „om de sensatie vast te houden”. Volgens hem is het artistiek interessanter én beter voor het gehoor een schema op te stellen waarin het geluid soms harder en soms zachter staat.

„Als je een dynamiek uitstippelt waardoor je oren soms tot rust komen, creëer je dezelfde sensatie met minder volume”, aldus Van Dorp. „Muziek is niet climax op climax; zelfs bij een punkband moeten de jongens soms even op adem komen. Als technicus kun je daar op een subtiele manier gebruik van maken, zonder dat het publiek het merkt.”

Ondanks het gebruik van oordoppen merkt dj The Flexican, na een aantal jaren in het uitgaanscircuit, dat zijn gehoor beschadigd is. De laatste tijd hoort hij zijn wekker steeds slechter. „Soms suizen mijn oren behoorlijk. Ik denk dat elke dj dat wel heeft.”

Hij denkt dat met regels om het geluid niet al te hoog en schel af te stellen al een wereld is gewonnen. Maar een hard volume is essentieel voor de beleving, vindt hij. Daarom is hij, ondanks zijn eigen gehoorschade, tegenstander van verdere verlaging van het geluidsniveau in het uitgaanscircuit.

„Muziek moet je voelen”, zegt The Flexican. „Het probleem met een limiet is dat eerst de bas wordt opgeofferd, juist omdat die de meeste energie geeft. Dan blijft er van de muziek niets over.”

Labels: ,

Pas op je oren!

NRC Handelsblad 28-01-2010, pagina 6
Volksgezondheid

Die muziek moet zachter

Earproof, een bedrijf dat oorpluggen op maat verkoopt, staat met deze posters op festivals, om aandacht te vestigen op de risico’s op gehoorschade. Beeld Earproof

Brussel wil het volume van mp3-spelers naar beneden bijstellen. Te veel jongeren lopen risico op gehoorschade.

Door onze redacteuren
CLAUDIA KAMMER
ANNEMARIE KAS

Peter van Galen heeft sinds vijf jaar een piep in zijn oren. Of die komt door tien jaar rondlopen in de luidruchtige muziekindustrie in Amsterdam, of door het vuurwerk dat naast zijn oor ontplofte toen hij een jaar of twaalf was, of door het veelvuldig luisteren naar zijn iPod – hij weet het niet. „Het zal een combinatie van die zaken zijn.”

Hoe dan ook, die piep is permanent aanwezig. Hij gaat ook niet meer weg, weet Van Galen inmiddels. Hij is oprichter van Earproof, een bedrijf dat oorpluggen op maat levert. Daar was hij al mee begonnen vóórdat hij zelf een pieptoon in zijn oor kreeg.

„Ben ik in een rustige ruimte, dan is de piep luid en duidelijk aanwezig. Op een beurs of in een café is hij op de achtergrond, maar hij is er altijd.” Van Galen leerde ermee leven, maar dat is niet gemakkelijk, vertelt hij. „Mensen gaan eraan onderdoor. Op internet staan brieven van mensen die zelfmoord pleegden, omdat ze er niet meer mee konden omgaan.”

Eén van de boosdoeners voor de permanente gehoorschade bij Van Galen is het harde geluid van zijn mp3-speler. Dat het volume van die apparaatjes een gevaar kan betekenen voor de volksgezondheid, is inmiddels ook doorgedrongen tot de Europese Commissie. Eurocommissaris Meglana Kuneva (Consumentenzaken) stelde vorig jaar voor om het volume van draagbare muziekspelers – waartoe ook mobiele telefoons gerekend worden – te beperken.

Het aantal consumenten dat risico loopt op gehoorschade door harde muziek is de laatste jaren hard gestegen. De Europese Commissie schat dat 10 miljoen consumenten risico lopen. Die cijfers stammen uit de tijd van de walkman, die niet harder dan 100 decibel kon; anders vervormde het geluid. De mp3-speler geeft door geavanceerde technologie onvervormd geluid tot wel 130 decibel.

Uit onderzoek van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam blijkt dat eenderde van de Nederlandse jongeren van 12 tot 16 jaar structureel naar te harde muziek luistert. Zij riskeren permanent, onherstelbaar gehoorverlies.

Koptelefoontjes die standaard bij mp3-spelers worden meegeleverd, zijn vaak van twijfelachtige kwaliteit. Zelfs de beroemde witte ‘oortjes’ van de Apple iPod sluiten bij veel gebruikers slecht op het oor aan. Er lekt geluid weg en de luisteraar moet het volume opschroeven om de muziek boven de buitenwereld uit te horen. Dat vergroot het risico op gehoorbeschadiging.

Als het geluid veel beter wordt bij het stevig aandrukken van de oortjes, is het tijd voor een nieuwe koptelefoon. Fabrikanten als Creative en Sony leveren in-ear systemen met plastic opzetstukken in meerdere maten. Hoe beter die ‘plug’ in het oor past, hoe minder geluidslekkage – zowel naar binnen als naar buiten.

Goede losse koptelefoons van Shure, Sennheiser of Ultimate Ears kosten 100 euro of meer. Professionele oordoppen (300-1.000 euro) beschikken over soms wel drie verschillende speakertjes per oor, om laag, midden en hoge tonen beter weer te geven. Al die aandacht voor de klankweergave komt alleen tot zijn recht als er een oorplug op maat bij geleverd wordt.

Marc Hijink

Audioloog Jan de Laat ziet op zijn spreekuur bij het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) met grote regelmaat jongeren die klagen over een pieptoon in hun oren die niet meer weggaat. Of ze merken dat ze minder verstaan als er geroezemoes is op de achtergrond. Die jongeren zijn vaak emotioneel. „Veel jongeren kiezen een beroep waarbij mondelinge communicatie en dus goed horen belangrijk is.”

Brussel zet dan ook vaart achter de nieuwe regels voor geluidsbegrenzing op mp3-spelers. De Europese Commissie vroeg Cenelec, het Europese normalisatie-instituut dat standaarden voor elektronische apparatuur opstelt, om haast te maken. Vorig jaar september kwam Kuneva met het voorstel en al in december stuurde het instituut de voorstellen naar alle nationale standaardisatiecomités. Die hebben tot eind februari de tijd om te reageren op het voorstel. Daarin staat dat het maximale volume 85 decibel moet worden. Je mag daar als luisteraar overheen gaan, tot maximaal 100 decibel, maar dan moet de muziekspeler een waarschuwing geven dat een hoger volume schadelijk kan zijn voor het gehoor. De gebruiker kan dan doorgaan door bijvoorbeeld ‘ok’ aan te klikken op het display.

Jos Remy, voorzitter van de Europese werkgroep geluidsbeperking, verwacht en hoopt dat de comités weinig mitsen en maren aandragen. „We hebben bewust alleen de grenzen van 85 en 100 decibel vastgesteld. Producenten mogen vervolgens zelf bepalen hóe hun product de consument waarschuwt als hij de 85 decibel overschrijdt. Via de software van het programma is dat het gemakkelijkst te regelen, door via het menu op ‘ok’ te klikken. Maar je kunt je ook een stem in het oor voorstellen of een lampje dat gaat branden”, vertelt Remy. Eventuele problemen verwacht hij bij producenten van muziekspelers in het goedkope segment. Die gebruiken eenvoudige software en hebben vaak ook geen display waarop een waarschuwing kan verschijnen.

Voor de fabrikanten komt de strengere regelgeving niet uit de lucht vallen. In Frankrijk geldt de maximale bovengrens van 100 decibel al enkele jaren. Wie op de Europese markt groot wil zijn, laat zijn mp3-spelers daar dus al aan voldoen, zegt Jos Remy. „Al zijn er zeker nog spelers die met gemak de 115 of zelfs 120 decibel halen. En de oordopjes kunnen dat nog verhogen, met 7 tot 9 decibel.”

Eenduidige Europese regelgeving is ook in het belang van fabrikanten; zij kunnen dan één product voor de Europese markt maken. „Daarbij hebben producenten niets aan slechthorende consumenten”, zegt Remy. Als zijn verwachting klopt en de regel nog dit jaar kan worden aangenomen, is de kans groot dat die binnen één à twee jaar van kracht wordt, in plaats van de gebruikelijke drie jaar of langer.

Als dat lukt, laat dat zien hoe snel de Europese regeldraaimolen kán werken. Of daarmee de kans op blijvende gehoorschade vermindert, is nog maar de vraag. Ineke Vogel, onderzoekster van het Erasmus MC, promoveerde vorig jaar op het gedrag van jongeren die naar muziek luisteren. „Ik heb mijn twijfels of zo’n waarschuwingsknop werkt”, zegt ze. „Ik ben bang dat jongeren gewoon op ok drukken en doorgaan met waar ze mee bezig waren. De meeste jongeren weten wel dat harde muziek schadelijk is. Maar ze denken dat ze zelf geen risico lopen, want ze vinden dat zíj niet te lang naar te harde muziek luisteren. Bovendien denken veel jongeren, wie dan leeft, wie dan zorgt.”

Eén keer je mp3-speler te hard zetten hoeft ook niet meteen tot ernstige gehoorschade te leiden (zie kader). De meeste jongeren die audioloog Jan de Laat spreekt, hebben hun gehoor gedurende een langere periode met grote regelmaat blootgesteld aan te harde muziek: „Vaak is het een mix van de hele dag luisteren naar een mp3-speler die hard staat én elk weekeinde naar een concert of de discotheek gaan.”

Beperking van het volume van mp3-spelers neemt een structurelere oorzaak niet weg: gehoorschade maakt weinig indruk op jongeren, omdat het een abstract probleem is – tot je er last van krijgt. Tweede Kamerlid Sabine Uitslag (CDA) vindt dat jongeren daarom beter voorgelicht moeten worden over de risico’s van harde muziek. Vorige week nam de Tweede Kamer haar motie aan, waarin ze minister Rouvoet (Jeugd en gezin) oproept maatregelen te nemen tegen gehoorschade. „Jongeren slapen met die oortjes in. Ze moeten weten hoe kwetsbaar het gehoor is. Dat moet in het onderwijs geregeld worden, in de biologieles.”

Volgens onderzoekster Vogel is het moeilijk om het gedrag van jongeren in de risicogroep te veranderen. „Beschermende oordopjes gebruiken tijdens een concert vinden ze niet cool. En je kunt jongeren ook niet verplichten om gehoorbeschermers te gebruiken.”

Peter van Galen van Earproof denkt dat een positieve aanpak beter werkt. „De boodschap is nu: muziek is slecht voor je. Logisch dat jongeren recalcitrant worden en hun iPod lekker hard zetten. Muziek hoort erbij als je jong bent.” Geef subsidie voor oordoppen, zegt hij, maak ze hip: „Dan hebben oordopjes over tien jaar dezelfde status als de zonnebril: die heb je gewoon bij je.”

Hitler niet blij met Apple's nieuwe Ipad

De vandaag geïntroduceerde Ipad (iets tussen telefoon en computer in) valt niet in goede aarde. En niet alleen bij de Führer als ik de reacties op internet zo zie.

Labels: ,

zondag, januari 24, 2010

Anton Goudsmit

Boy Edgar Prijs naar Anton Goudsmit

Gepubliceerd: 14 januari 2010 21:58 | Gewijzigd: 15 januari 2010 13:51

ANP

Amsterdam, 14 jan. Gitarist en componist Anton Goudsmit heeft de VPRO/Boy Edgar Prijs 2010 gewonnen.

Dit is de belangrijkste prijs in Nederland op het terrein van de jazz en geïmproviseerde muziek. Dat heeft de organisatie vanavond bekendgemaakt.

De jury roemt de veelzijdigheid van Goudsmit, die in mei aan een landelijke tournee begint met zijn band The Ploctones. „Hij beweegt zich muzikaal tussen popmuziek, jazzmuziek, kamerjazz, geïmproviseerde muziek en ‘groovende’ funk”, aldus het juryrapport.


Labels: , ,

donderdag, januari 21, 2010

Ook dood Kate McGarrigle

Haar zus, echtgenoot en kinderen zijn ook in de muziek gegaan en daar ook in geslaagd. De in dit artikel genoemde albums heb ik op vinyl. Al is de aanleiding triest, het is toch een goede reden om ze weer eens te beluisteren.

Labels: , , , ,

Componist Mississippi dood.

Door onze correspondent (NRC)
MAASTRICHT, 21 JAN. We r n e r
Theunissen, de schrijver van de
wereldhit Mississippi van Pussycat,
is op 67-jarige leeftijd overleden.
In een Brits restaurant begaf zijn
hart het. Mississippi stond eind
1975 wekenlang nummer een in
Nederland en werd daarna het
eerste Nederlandse nummer dat
die positie behaalde in de Britse
hitparade. Wereldwijd werden
miljoenen singles verkocht. In de
Verenigde Staten deed de originele
plaat weinig. Slechts in de uitvoering
van de Amerikaanse zangeres
Barbara Fairchild groeide
Mississippi uit tot een bescheiden
hitje. In totaal is het lied ruim vijftig
keer gecoverd. Theunissen was
oorspronkelijk de gitaarleraar van
de uit Brunsum afkomstige zusjes
Kowalczyk, de latere zangeressen
van Pussycat.

woensdag, januari 20, 2010

Met klassiek weinig meer te verdienen.

tekstversie | originele versie | printversie hele pagina
NRC Handelsblad 20-01-2010, pagina 9

‘Jeugd wordt groot met herrie’

Lugansky: De media maken ons wijs dat klassiek iets is voor de elite

Lugansky Foto James McMillan.

Pianist Nikolay Lugansky geeft drie concerten in Amsterdam. Hij maakt zich zorgen over de tanende populariteit van klassieke muziek. „Met heavy metal is meer geld te verdienen.”

Door
WENNEKE SAVENIJE
amsterdam, 20 jan.

Zijn toucher is verwant aan het koperkleurige geluid van Rachmaninov. Donker, glanzend en melancholiek. De klank van de Russische pianist Nikolay Lugansky (1972), die zondag een recital geeft in de Serie Meesterpianisten en volgende maand Rachmaninovs Derde Pianoconcert speelt met het Residentie Orkest, is onmiskenbaar eigen.

Lugansky: „Ik streef niet bewust naar een persoonlijk geluid. Ik probeer Beethoven juist anders te laten klinken dan Schumann, en Prokofjev weer anders dan Rachmaninov. Maar het specifieke toucher van een pianist wordt ook bepaald door zijn fysieke eigenschappen. Iemand met mollige, zware handen produceert van nature al een warmere klank dan iemand met magere handen en dunne vingers. Voor mij is de klank uiteindelijk het resultaat van je innerlijke verbeeldingskracht.”

Tot nu toe speelde Lugansky in Nederland vooral Rachmaninov, Tsjaikovski en Chopin, maar ditmaal gaat hij op avontuur met een overwegend Spaans recitalprogramma. „Granados en Albéniz zijn voor mij helemaal nieuw. Hun stukken hebben een hele directe, levendige puls. Er zitten ook lyrische delen tussen, maar het overheersende karakter van de Goyescas en de Suite Iberia is bruisend en vol vreugde. De Vierde Sonate van Prokofjev is, anders dan de meeste Russische muziek, heel zonnig en energiek. In de stukken van Liszt draait alles om virtuositeit.”

Het talent van Lugansky kwam aan het licht toen hij als kleuter een speelgoedpiano kreeg. Terwijl zijn vader, een scheikundige uit Moskou, er een melodietje op speelde, werd hij door zijn vijfjarige zoon gecorrigeerd. Lugansky bleek een absoluut gehoor te hebben. Dat vond zijn vader zó imposant, dat hij hem naar de muziekschool in Moskou stuurde. „Het muziekonderwijs aan kinderen was daar, zeker in de jaren tachtig, het beste ter wereld. Dat was mijn grote geluk. Ik werd al vrij snel leerling van Tatiana Nikolayeva, een geweldige pianiste uit de Russisch-romantische school. Haar hele leven bestond uit muziek.”

Als een van de weinigen mocht Nikolayeva het land uit om overal concerten te geven. Als ze terugkwam nam ze altijd platen voor haar leerlingen mee. „Daar was ze heel vrijzinnig in. Haar eigen Bach-spel was uitgesproken romantisch, maar uit Canada nam ze tien video’s mee waarop Glenn Gould zijn Bach speelde. Dat sloeg bij ons in als de bliksem, die Bach klonk zó anders! Nikolayeva was volstrekt anti-authentiek. Ze speelde Bach met pedaal en hekelde de theorieën van de authentieke beweging, die ikzelf vaak ook als sektarisch ervaar.”

Veel generatiegenoten, waaronder de violisten Maxim Vengerov en Vadim Repin, verlieten rond 1990 de Sovjet Unie. Maar Lugansky bleef in Moskou en won er in 1994 het prestigieuze Tsjaikovski Piano Concours. „Het was als een zonnesteek, een muzikale shock”, schreef een Russische krant over de finale: „Niemand had kunnen denken dat de ziel van deze bescheiden jongeman, zonder pretenties, met zijn ascetische, maar ook poëtische verschijning zo’n vulkaan zou omvatten, die tot uitdrukking kwam in zijn geïnspireerde en resolute beheersing.”

Tegenwoordig geeft Lugansky jaarlijks ruim honderd concerten over de hele wereld. Hij heeft een hekel aan haasten en jetlags, maar vergeleken bij de armoe en miskenning die Schubert moest trotseren, stellen die ongemakken zijns inziens weinig voor. Als de hectiek van het internationale concertleven hem naar het hoofd stijgt, denkt Lugansky ter relativering aan de slachtoffers van de oorlog. En als hij weer even rust heeft geniet hij met vrouw en drie kinderen van zijn huis in Moskou, waar alles de afgelopen twintig jaar totaal veranderd is.

„In de voormalige Sovjet-Unie gold klassieke muziek nog als de allergrootste kunst. Maar tegenwoordig draait alles in Rusland alleen maar om geld. De toenemende desinteresse voor klassieke muziek is volgens mij óók een geldkwestie. Als je kinderen van twee jaar laat kiezen tussen een kamer met Mozart en een kamer met heavy metal, zal het overgrote deel voor Mozart kiezen. Maar de machthebbers doen er alles aan om te zorgen dat het een paar jaar later andersom is.”

Volgens Lugansky werkt hier hetzelfde mechanisme als bij het illegaal verspreiden van drugs. Schoolkinderen krijgen gratis drugs aangeboden, zodat ze later verslaafd zullen raken en veel geld opleveren. Op een klassiek concert worden misschien duizend kaartjes verkocht, terwijl op een popconcert honderdduizenden mensen afkomen. Al weet Lugansky de bossa nova, Queen en Whitney Houston wel te waarderen, zijn leven bestaat voor 99 procent uit klassiek.

„De oligarchen hebben er financieel alle belang bij om het volk de andere kant op te sturen. En de media maken het publiek wijs dat klassieke muziek elitair is, dat je er alleen maar iets van begrijpt als je het gestudeerd hebt. De waarheid is dat iedereen van klassieke muziek kan genieten. En de tragiek is dat klassiek in het onderwijs, in de kranten en op radio en tv steeds meer uit beeld verdwijnt. Onze kinderen worden tussen hun vijfde en vijftiende jaar bewust geïndoctrineerd met keiharde rotmuziek, omdat daar uiteindelijk beter aan verdiend wordt.”

Labels: ,

dinsdag, januari 19, 2010

Bossa Nova

BOSSANOVA
UIT:
Band Room Eleven stopt ermee (de Volkskrant, 18 januari 2010)

CONTEXT:
Room Eleven bracht in zijn vijfjarige bestaan twee cd's uit en won met een populaire mix van jazz, pop en BOSSANOVA verschillende prijzen, waaronder een Zilveren Harp.

BETEKENIS:
Zuid-Amerikaanse muziekstijl

UITSPRAAK:
[bos-sa-no-va]

WOORDFEIT:
Bossanova is een muziekstijl die eind jaren vijftig is ontstaan uit een combinatie van jazz en de Braziliaanse samba. Een bekend lied is Desafinado, bijvoorbeeld in de uitvoering van George Michael en Astrud Gilberto.
De benaming komt uit Brazilië en is Portugees;
nova betekent 'nieuw' en als muziekterm betekent bossa 'trend, stroming'. Andere betekenissen van het woord bossa zijn onder meer 'bult', 'hobbel' en 'bochel'.

Hank the Knife Rob Dallas

Vroeger trad ik op onder de artiesten naam Rob Dallas. De begeleidingsgroep heette de Spirits, op de volgende pagina heeft Henk Bruijsten, alias Hank the Knife het er nog over. Henk was een toenmalige collega van mij bij de Vihamij. Ik floot er wel eens een populair deuntje en dan haakte Henk wel eens in, zo is het contact tot stand gekomen. Henk vd Brink speelde bas, Henk Bruijsten's broer Co deed drums en Nico Sissing slaggitaar. Repertoire: Shadows - Cliff Richard - Buddy Holly - Rolling Stones etc.

Labels: , , , , , ,

zondag, januari 17, 2010

Shake that thing Baby! Don't worry, be happy!

Labels: , ,

Gitaar virtuoos uit Botswana

Labels: ,

donderdag, januari 07, 2010

Maria Muldaur, interview in Blues Wax

BluesWax Sittin' In With

Maria Muldaur

Part One

By Art Tipaldi

Maria Muldaur

Maria Muldaur's musical odyssey has taken her through the various forms of American roots music. From her jug band days to her late nights at the oasis to New Orleans R&B to Memphis Soul to torchy love songs, Muldaur always paints what her heart feels. Her current Telarc record, Yes We Can, revisits the tunes from the turbulent 1960s and 1970s that asked questions about where the world was heading. To Muldaur and many others, those questions were never addressed. Jean Shinoda Bolen and her book Urgent Message From Mother Earth: Gather The Women, Save The World, played a major part of Muldaur's mission. Supported by the politically powerful voices of Muldaur, Bonnie Raitt, Odetta, Joan Baez, Holly Near, Linda Tillery, Jenni Muldaur, and the Women's Voices For Peace Choir along with non-singers like Jane Fonda, Marianne Williamson, Anne Lamont, and Bolen, Muldaur has recorded a compelling call to arms that reminds the world what is possible when people sing together.

Art Tipaldi for BluesWax: There are certain songs that just stick in your head and "Yes We Can" is one of those songs. I wake up in the middle of the night with it in my head. That's the song I'm hummin' when I walk out the door, in the stores, everywhere.

Maria Muldaur: Thank you so much. I remembered it from when it was a big hit for the Pointer Sisters in 1973. It was around about the same time that "Midnight At The Oasis" was a hit for me. That might have been the first song I picked to be on the album when I changed to pro-peace. I think the first four songs, "Inner City Blues," "Yes We Can," "John Brown," and "Make A Better World," were the first ones I thought to use.

BW: Can you explain the concept for the record?

MM: I started out with the idea of making a protest album, but soon it morphed into the idea of recording a pro-peace album. Once I realized that I didn't want to do a protest album that complains about the past, that I wanted to do an album that presents a positive message of hope and change and inspire people to be a part of the change, I immediately thought of recording "Inner City Blues" and "Yes We Can."

I picked all the songs in the fall of 2007 and recorded the album in December. It was at least nine months before I learned that Barack Obama was using that song as his rallying cry. I had already decided to call the record Yes We Canbecause I thought that fit. When I was mixing the record in late March, someone in the studio told us that Barack Obama was using that phrase in all his speeches. Because I was a Hillary girl, I wasn't aware of it in his speeches.

BW: Did you ever think to send Obama your song?

MM: People told me that I should try and get him the song so that he could use it in some way. And I said, "Yeah, right. I'm gonna get a little song to a presidential candidate." I didn't pay it any more mind.

When it became obvious that Hillary wasn't going to receive the nomination, my engineer said, "We really should get this song to Obama." That's when I realized that he picked that phrase for the same reason that I picked the song. In the face of these overwhelming challenges that we are facing, it's enough to render a soul numb and paralyzed with feelings of hopelessness and helplessness. Instead of crumbling under the weight, the cry is to wake up, speak up, show up, and suit up to work together creating change in this world.

I sent him the song and within a week's time I received a handwritten letter from Barack Obama! I'm quoting him, he said, "Thank you for the song. It's lovely and perfectly fits the spirit of the campaign and I'm going to have it placed in the rotation at the rallies." He ended by saying that he hopes to thank me personally. I was beside myself. I let out such a holler in the post office when I opened the letter.

"As long as I have a voice I will raise it

to help raise the conscientiousness and spirits."

BW: What inspired the YouTube documentary?

MM: I worked with some of his West Coast campaign people on that. By and large the images were my choices. Talk about a low-budget labor of love, we grabbed images from the Internet. What I wanted to do was to take people from humble beginnings, like Rosa Parks, Martin Luther King, Ghandi, who in the face of the odds had the courage to stand up for truth and justice and made a huge difference in the world. Instead of having a feeling of powerlessness, these people rose when everything in the establishment was against what they were trying to say and said, "Yes, I can make a difference." That's what I was trying to say in that video.

My little gift in this lifetime happens to be that I can sing. As long as I have a voice I will raise it to help raise the conscientiousness and spirits. When people feel powerless and helpless they get depressed and curl up in a ball. If we all realize that we are in this together and join forces there is nothing that people of the world can't do. We can't think that we don't have power. Look at the video and see Rosa Parks sitting in her coat on the bus then being booked and fingerprinted and the next image has her getting a national award from President Clinton.

Maria Muldaur's Yes We Can!

Click Cover For More Info

BW: The concept was originally a protest album then it changed to a pro-peace album and now it's become a call to arms album. And rather then just protesting and telling us what's wrong about the world, you're offering hope.

MM: As we are touring in every state, people are responding very positively. I usually put on a kick-ass show, I always have great musicians, I always try to sing with the best inspiration I can to move people, but this is a different experience. This time around, I'm moving them in a different way. They're being moved to something beyond themselves. They leave the shows called to a higher cause. Maybe they come to the shows to hear me sing the usually songs of romance and seduction and I throw them in, but this has been a very moving, call to action tour.

To be continued...

Art Tipaldi is a contributing editor at BluesWax. You may contact Art atblueswax@visnat.com.

Labels: , ,

dinsdag, januari 05, 2010

All you need is Starbucks!

Starbucks, de Amerikaanse keten van koffieshops, riep begin december muzikanten van over de hele wereld op om het Beatles "All you need is love"te spelen.

De opbrengst gaat overigens naar een goed doel n.l. de strijd tegen aids.

Labels: , , ,

maandag, januari 04, 2010

Fay Lovsky in 2002 al over Carol Kaye

De mooiste noot: Fay Lovsky

Gepubliceerd: 5 september 2002 00:00 | Gewijzigd: 22 augustus 2008 17:08

De komende maanden vraagt M aan muzikanten en componisten wat ze de mooiste noot in de muziek vinden. Fay Lovsky: ,,de bas is de baas bij de Beach Boys''.

Door Sandra Heerma van Voss

   Illustratie Iris Kiewiet (Art Connection)
Illustratie Iris Kiewiet (Art Connection)

Wat is voor u de mooiste noot?

'Het is niet één noot, maar een melodierichting: die van de bas in het nummer God Only Knows van de Beach Boys, een compositie van Brian Wilson.'

Wie speelde bas?

'De Beach Boys hebben met verschillende bassisten gewerkt, maar in dit geval was het Carol Kaye, een waanzinnige dame die veel van hun eindeloze opnamesessies heeft doorstaan. De muziektrack van God Only Knows werd opgenomen op 10 maart 1966, de zangpartijen in de weken daarop. Lead-zanger was Carl Wilson. Van de drie broers Wilson die lid waren van de Beach Boys, had hij de warmste stem. Ik heb hem een keer ontmoet, toen ik in Amerika in dezelfde studio op visite was.

Op de tapes van de opnamesessies voor Pet Sounds klinkt Brian Wilson als een onmogelijke dictator, maar hij heeft wel iedere keer gelijk. Hij wist precies hoe alles moest klinken. Zijn ambities kenden geen grenzen. Met Pet Sounds wilde hij het Rubber Soul-album van de Beatles artistiek en commercieel overtreffen. Uiteindelijk zijn er minder exemplaren van verkocht, maar Pet Sounds is een geniaal album, dat indertijd niet kon worden geplaatst. Het was geen pop, het was geen jazz, het was volkomen nieuw. Er zijn maar heel weinig bands die kunnen wat de Beach Boys konden. Als ze net zulke leuke smoeltjes als de Beatles hadden gehad, waren ze even beroemd geweest, denk ik weleens.''

Wanneer hoorde u dit nummer voor het eerst?

'Toen ik zestien of zeventien was en zelf net een beetje op de gitaar begon te rommelen op mijn meisjeskamer in Oegstgeest. Bij mijn ouders stond wel een piano in de huiskamer, maar daar waren ook altijd andere mensen die konden horen wat je deed; dat vond ik niet fijn. Met de gitaar was je alleen. Een gitarist van wie ik les kreeg, wees me op de mogelijkheden van de bas. De bas wordt vaak gezien als een 'makkelijke' gitaar, die met z'n vier snaren braaf de lijn van het nummer volgt: open-dicht, hoem-pa. Bij virtuozen als Paul McCartney of Flea van de Red Hot Chili Peppers hoor je dat er veel meer kan. Bij hen krijgt de bas een hoofdrol, net als in de reggae en in veel Afrikaanse muziek.God Only Knows was voor mij de sleutel tot al die mogelijkheden.''

Waarom is deze noot de mooiste?

'Wilson zette mijn idee tot dan toe over de rol van de bas volledig op zijn kop. Normaal gesproken spijkert de bas de akkoorden van de andere instrumenten vast. Hij houdt je stevig op de grond. Hier niet: hier is de bas de baas. Tegen de beginakkoorden E majeur, Bes mineur verminderd zeven en As mineur laat Wilson de bas B, Des en E horen: volkomen bizar! Middenin het liedje word je door een schijnmodulatie op een dwaalspoor gezet naar een kwart hoger, maar je komt toch weer veilig thuis. Ik vind dit prachtig, en briljant bedacht.''

Zangeres en componiste Fay Lovsky (1955) schrijft liedjes in het Engels, Frans en Nederlands en in verschillende stijlen: jazz, country, folk en pop. Ze maakte deel uit van bands als de Magnificent Seven en La Bande Dessinée en treedt sinds 1999 op met Cornell van Vuuren, Chris Grem en Rob Wijtman onder de naam LOVSKY. Fay Lovsky schreef liedjes voor radio, televisie en theater en bracht dertien cd's uit, waaronder Confetti (1982), Cinema (1985), Live (2001) en Maze of Mirrors (2002). Ze speelt piano en gitaar, maar ook ukelele, theremin en zingende zaag.

God Only Knows is onder meer te beluisteren op The Beach Boys, Pet Sounds (Capitol Records 72435-21241-2-1) en op The Pet Sounds Sessions (Capitol Records 7243 8 37662 2 2)

Labels: , , ,