h2 class="sidebar-title">Links muziekgek: Met klassiek weinig meer te verdienen.

muziekgek

Music is my first love, op deze weblog geef ik verslag van muzikale zaken waar ik mee bezig ben. Dat kan een internet adres zijn, een artiest of andere onderwerpen die met muziek te maken hebben.

woensdag, januari 20, 2010

Met klassiek weinig meer te verdienen.

tekstversie | originele versie | printversie hele pagina
NRC Handelsblad 20-01-2010, pagina 9

‘Jeugd wordt groot met herrie’

Lugansky: De media maken ons wijs dat klassiek iets is voor de elite

Lugansky Foto James McMillan.

Pianist Nikolay Lugansky geeft drie concerten in Amsterdam. Hij maakt zich zorgen over de tanende populariteit van klassieke muziek. „Met heavy metal is meer geld te verdienen.”

Door
WENNEKE SAVENIJE
amsterdam, 20 jan.

Zijn toucher is verwant aan het koperkleurige geluid van Rachmaninov. Donker, glanzend en melancholiek. De klank van de Russische pianist Nikolay Lugansky (1972), die zondag een recital geeft in de Serie Meesterpianisten en volgende maand Rachmaninovs Derde Pianoconcert speelt met het Residentie Orkest, is onmiskenbaar eigen.

Lugansky: „Ik streef niet bewust naar een persoonlijk geluid. Ik probeer Beethoven juist anders te laten klinken dan Schumann, en Prokofjev weer anders dan Rachmaninov. Maar het specifieke toucher van een pianist wordt ook bepaald door zijn fysieke eigenschappen. Iemand met mollige, zware handen produceert van nature al een warmere klank dan iemand met magere handen en dunne vingers. Voor mij is de klank uiteindelijk het resultaat van je innerlijke verbeeldingskracht.”

Tot nu toe speelde Lugansky in Nederland vooral Rachmaninov, Tsjaikovski en Chopin, maar ditmaal gaat hij op avontuur met een overwegend Spaans recitalprogramma. „Granados en Albéniz zijn voor mij helemaal nieuw. Hun stukken hebben een hele directe, levendige puls. Er zitten ook lyrische delen tussen, maar het overheersende karakter van de Goyescas en de Suite Iberia is bruisend en vol vreugde. De Vierde Sonate van Prokofjev is, anders dan de meeste Russische muziek, heel zonnig en energiek. In de stukken van Liszt draait alles om virtuositeit.”

Het talent van Lugansky kwam aan het licht toen hij als kleuter een speelgoedpiano kreeg. Terwijl zijn vader, een scheikundige uit Moskou, er een melodietje op speelde, werd hij door zijn vijfjarige zoon gecorrigeerd. Lugansky bleek een absoluut gehoor te hebben. Dat vond zijn vader zó imposant, dat hij hem naar de muziekschool in Moskou stuurde. „Het muziekonderwijs aan kinderen was daar, zeker in de jaren tachtig, het beste ter wereld. Dat was mijn grote geluk. Ik werd al vrij snel leerling van Tatiana Nikolayeva, een geweldige pianiste uit de Russisch-romantische school. Haar hele leven bestond uit muziek.”

Als een van de weinigen mocht Nikolayeva het land uit om overal concerten te geven. Als ze terugkwam nam ze altijd platen voor haar leerlingen mee. „Daar was ze heel vrijzinnig in. Haar eigen Bach-spel was uitgesproken romantisch, maar uit Canada nam ze tien video’s mee waarop Glenn Gould zijn Bach speelde. Dat sloeg bij ons in als de bliksem, die Bach klonk zó anders! Nikolayeva was volstrekt anti-authentiek. Ze speelde Bach met pedaal en hekelde de theorieën van de authentieke beweging, die ikzelf vaak ook als sektarisch ervaar.”

Veel generatiegenoten, waaronder de violisten Maxim Vengerov en Vadim Repin, verlieten rond 1990 de Sovjet Unie. Maar Lugansky bleef in Moskou en won er in 1994 het prestigieuze Tsjaikovski Piano Concours. „Het was als een zonnesteek, een muzikale shock”, schreef een Russische krant over de finale: „Niemand had kunnen denken dat de ziel van deze bescheiden jongeman, zonder pretenties, met zijn ascetische, maar ook poëtische verschijning zo’n vulkaan zou omvatten, die tot uitdrukking kwam in zijn geïnspireerde en resolute beheersing.”

Tegenwoordig geeft Lugansky jaarlijks ruim honderd concerten over de hele wereld. Hij heeft een hekel aan haasten en jetlags, maar vergeleken bij de armoe en miskenning die Schubert moest trotseren, stellen die ongemakken zijns inziens weinig voor. Als de hectiek van het internationale concertleven hem naar het hoofd stijgt, denkt Lugansky ter relativering aan de slachtoffers van de oorlog. En als hij weer even rust heeft geniet hij met vrouw en drie kinderen van zijn huis in Moskou, waar alles de afgelopen twintig jaar totaal veranderd is.

„In de voormalige Sovjet-Unie gold klassieke muziek nog als de allergrootste kunst. Maar tegenwoordig draait alles in Rusland alleen maar om geld. De toenemende desinteresse voor klassieke muziek is volgens mij óók een geldkwestie. Als je kinderen van twee jaar laat kiezen tussen een kamer met Mozart en een kamer met heavy metal, zal het overgrote deel voor Mozart kiezen. Maar de machthebbers doen er alles aan om te zorgen dat het een paar jaar later andersom is.”

Volgens Lugansky werkt hier hetzelfde mechanisme als bij het illegaal verspreiden van drugs. Schoolkinderen krijgen gratis drugs aangeboden, zodat ze later verslaafd zullen raken en veel geld opleveren. Op een klassiek concert worden misschien duizend kaartjes verkocht, terwijl op een popconcert honderdduizenden mensen afkomen. Al weet Lugansky de bossa nova, Queen en Whitney Houston wel te waarderen, zijn leven bestaat voor 99 procent uit klassiek.

„De oligarchen hebben er financieel alle belang bij om het volk de andere kant op te sturen. En de media maken het publiek wijs dat klassieke muziek elitair is, dat je er alleen maar iets van begrijpt als je het gestudeerd hebt. De waarheid is dat iedereen van klassieke muziek kan genieten. En de tragiek is dat klassiek in het onderwijs, in de kranten en op radio en tv steeds meer uit beeld verdwijnt. Onze kinderen worden tussen hun vijfde en vijftiende jaar bewust geïndoctrineerd met keiharde rotmuziek, omdat daar uiteindelijk beter aan verdiend wordt.”

Labels: ,